De tarotdecks van Waite en Crowley hebben gemeen dat ze allebei tot de allerbekendste decks horen.
Er is nog een ander gemeenschappelijk kenmerk: de beide heren zijn beide lid geweest van de Golden Dawn, een magische orde uit Engeland.
Wat was dat voor een genootschap?
De Golden Dawn ontstond op een moment dat de tijd rijp was: kabbalah, tarot, astrologie, magie, het waren allemaal onderwerpen die - in bepaalde milieus - in de belangstelling stonden.
Deze belangstelling heeft veel te maken met het werk van Eliphas Levi. Maar voor wat betreft de tarot en haar esoterische betekenis werd de weg al geëffend door Court de Gébelin en anderen.
Court de Gébelin vertelt dat een dame (gravin d'H.) hem een boeiend gezelschapsspel liet zien: de tarot. Court de Gébelin veronderstelde onmiddelijk dat de symboliek uit het oude Egypte afkomstig was. Een theorie die hij uitwerkte in een deel van zijn werk "Le Monde Primitif". "Le Monde Primitif" is een uitgebreide studie naar een oude beschaving die volgens Court de Gébelin verloren was gegaan, maar die door studie van taalkundige verschijnselen en mythen (en kennelijk ook de tarot) aangetoond kon worden.
Er bestaat veel kritiek op zijn werk, maar het idee was geboren.
De tarot heeft een diepere achtergrond.
Latere schrijvers zouden nog veel op dit thema voort borduren.
Ik geloof ook stellig dat het zoeken naar diepere betekenissen de tarot mede heeft gemaakt tot wat zij nu is. Je zou het zo kunnen stellen: als de tarot in de 18e eeuw nog geen diepere achtergrond zou hebben gehad dan heeft de tarot die inmiddels wel gekregen door haar vermenging met kabbalah, astrologie, alchemie, geomantie, mythologie, magie en wat dies meer zij. Voor mij is de tarot namelijk het product van wat mensen er mee doen.
Voor de geschiedenis van de tarot is het wel van belang geweest dat Court de Gébelin dit - al of niet terechte - verband met oude wijsheid legde.
Toen het spoor naar esoterische betekenissen binnen de tarot bekend was geworden, gingen ook andere schrijvers hier over publiceren.
Als iemand in de 19e eeuw een grootse visie op de tarot heeft gehad, is het Eliphas Levi geweest.
Hij was een bijzonder iemand, enthousiast met een brede visie, en mischien wat minder oog voor zulke details als feiten.
Hij werd in Frankrijk geboren als Alphons Louis Constant. Hij bleek een vroom en intelligent kind te zijn en ging voor priester studeren. Na zijn priesterstudie kwam hij op allerlei manieren in conflict met het kerkelijk en het wereldlijk gezag.
Hij werd diaken. Maar door een verliefdheid bracht hij het niet tot priester. Hij heeft zijn hele leven met de kerk, het wereldlijk gezag, en mischien ook wel met zichzelf overhoop gelegen.
In 1841 verscheen van hem "La Bible de la Liberté", een boek dat onmiddelijk na verschijnen in beslag werd genomen. Wat er in staat zullen we nooit precies weten. Er is er geen enkel exemplaar van dit boek meer bekend (er schijnt een gerucht te bestaan over één exemplaar wat er nog is). Wat wel duidelijk is, is dat Constant in dit boek socialistische en feministische ideeën verkondigde, en ook dat hij er 8 maanden gevangenisstraf mee opliep. De tijd was kennelijk nog niet rijp.
Na zijn gevangenisstraf lukte het hem om nog ergens diaken te worden, maar hij mocht van de bisschop niet zijn eigen naam gebruiken.
Hij schreef nog wat theologisch werk, maar dat werd hem door het kerkelijk gezag niet in dank afgenomen, waarschijnlijk tot verdriet van Constant, want hij heeft tot zijn dood trouw willen blijven aan de katholieke kerk.
In 1846 trouwde hij, daarmee verbrak hij zijn celibaatsbelofte.
Rond 1850 was er een ommekeer in zijn leven, hij ging zich volledig aan het occultisme wijden, hij verhebreeuwsde zijn naam tot Eliphas Levi Zahed, ingekort tot Eliphas Levi.
Zijn hoofdwerk was "Dogme de la haute magie" gevolgd door "Rituel de la haute magie". Later werden beide boeken gebundeld tot "Dogme et rituel de la haute magie", in het nederlands vertaald als "Leer en ritueel der hogere magie".
Zijn occulte levenswandel weerhield Levi er niet van op zijn sterfbed de biecht af te leggen, zoals gezegd: hij probeerde zijn hele leven toch trouw te zijn aan de katholieke kerk.
De tarot was voor Levi vooral een wijsheidsboek, in de kaarten was esoterische wijsheid besloten en daar ging het hem om. Divinatie interesseerde hem minder.
Beroemd is Levi's uitspraak dat als je iemand een lange tijd opsluit met alleen een pak tarotkaarten, dat die persoon dan alle mysterieën van het universum kan ontsluieren, alleen door goed met die tarotkaarten bezig te gaan.
Decker, Depaulis en Dummett, de schrijvers van "A Wicked Pack of Cards, The Origins of the Occult Tarot" merken sarcastisch op dat onze astronomen kennelijk honderden miljoenen hadden kunnen besparen door in plaats van een dure ruimtetelescoop tarotkaarten te kopen. Een opmerking die Levi's zienswijze wel wat relativeert.
De bijzondere bijdrage van Levi bestond uit 2 zaken:
In de 80-er jaren van de 19e eeuw waren door heel Europa veel mensen geinteresseerd geraakt in het esoterisch gedachtengoed. Onder andere door de bovengenoemde Eliphas Levi en de theosofie van Blavatsky. Ook trokken paranormale verschijnselen de aandacht.
Het was een zekere mijnheer Woodford, lid van de "Societas Rosicruciana in Anglia" die in 1887 een manuscript zou hebben ontdekt in de Freemasons Hall in Londen of in een antiquariaat in Farringdon Street aldaar.
Wat er precies gebeurde zal wel nooit 100% duidelijk worden maar dit is het verhaal:
Woodford gaf het manuscript, dat in een geheimschrift was geschreven, aan D. Woodman die W. Westcott er bij betrok.
Het (eenvoudige) geheimschrift werd ontcijferd, en het bleek inwijdingsrituelen, tarotcorrespondenties en dergelijke te bevatten. Ook kwam er het adres van een mevrouw Sprengel uit Neurenberg in voor.
Westcott schreef deze dame aan en er ontstond een correspondentie. Mevrouw Sprengel was lid van een duits occult genootschap en zij gaf Westcott toestemming om een orde te beginnen, zij gaf hem daarover ook allerlei informatie.
Dr. Wynn Westcott , Samuel Liddell MacGregor Mathers en Dr. William Robert Woodman stichtten in 1887 de Hermetic Order of the Golden Dawn (kortweg: Golden Dawn). In maart 1888 werd de eerste loge (De Isis-Urania Temple) geopend.
In 1890 stierf mevrouw Sprengel, en daarmee droogde een bron van informatie op. De andere adepten van de orde waar mevrouw Sprengel lid van was wilden niets met de engelse orde te maken hebben. Zij schreven dat men het niet eens was geweest met de engelse contacten van mevrouw Sprengel, maar men had zich niet tegen haar willen verzetten. De Golden Dawn moest het nu maar zelf uitzoeken.
En zo gebeurde, met name door de activiteiten van S.L. MacGregor Mathers die steeds meer op de voorgrond ging treden.
Men ging meer praktisch werk doen en er werden nieuwe (hogere) inwijdingsgraden ontwikkeld.
De Golden Dawn had succes, in 1899 waren er tussen de 200 en 300 leden.
Woodman was in de tussentijd overleden en Westcott kreeg problemen met de authoriteiten door zijn magisch werk, hij kon kiezen: ontslag nemen of stoppen met zijn openbare magische activiteiten.
Westcott koos eieren voor zijn geld en trok zich terug uit de leiding van de Golden Dawn.
Vanaf dat moment was MacGregor Mathers alleenheerser binnen de Golden Dawn, iets wat tot veel problemen, en uiteindelijk het uiteenvallen van de orde, heeft geleid.
Wat deed men in de Golden Dawn?
Binnen de Golden Dawn hield men zich vooral bezig met ceremonieële magie. Geinspireerd door schrijvers als Eliphas Levi werden binnen de Golden Dawn verbanden uitgewerkt tussen allerlei magische disciplines, de kabbalah en de tarot namen een prominente plaats in maar ook astrologie, alchemie, enochiaans en het geomantisch orakel kregen veel aandacht.
De verbanden die men had uitgewerkt kwamen terug in de ingewikkelde, maar mooie, rituelen die men in de Golden Dawn uitvoerde. Veel van de rituelen dienden ter inwijding. Door inwijdingen steeg de kandidaat naar steeds grote hoogten op de kabbalistische levensboom.
De kabbalistische levensboom bestaat grofweg uit 10 sephiroth (of sferen) die onderling verbonden zijn door 22 paden. In de levensboom is uitgebeeld hoe de materieële werkelijkheid en hogere werkelijkheden met elkaar samenhangen.
Bij de inwijdingen beklom men als het ware de levensboom, van sephirah naar sephirah, steeds via 1 van de 22 paden, uiteraard.
Bij elk van die 22 paden hoorde dan een kaart uit de grote arcana. Volgens de correspondenties zoals men die - gedeeltelijk in navolging van Eliphas Levi - had ontwikkeld.
Hierbij was het dan zo dat de eerste 5 inwijdingsgraden vrij elementair zijn, mensen met deze inwijdingsgraden (Neophyte tot Philosophicus) maakten deel uit van de "Outer Order". Hierna kon men eventueel toetreden tot de geheime orde "Rosae Rubeae et Aureae Crucis". In deze orde waren er 3 graden te behalen "Adeptus Minor", "Adeptus Major" en "Adeptus Exemptus".
En als het nog niet genoeg is zijn er daarboven ook nog 3 hogere graden, maar deze zijn voor meesters die in de astrale wereld leven (niet voor stervelingen als ons dus, hoewel er op enig moment tóch inwijdingen in die graden zijn gegeven).
De rituelen waren bijzonder mooi, ze betekenden ook erg veel voor de mensen die vroeger deel uitmaakten van de Golden Dawn, en ze dienen nog steeds als voorbeeld voor veel magische ordes die later kwamen.
Gelukkig weten we vrij veel over de rituelen zoals die in de Golden Dawn zijn uitgevoerd, hoe dat zo is gekomen zal ik verderop uitleggen bij de paragraaf over Israel Regardie (die had daar alles mee te maken).
Behalve voor rituelen werd de tarot ook wel degelijk gebruikt voor divinatie. In de dagen van de Golden Dawn waren de betekenissen vaak anders dan wij ze vandaag hanteren, men zocht het meer in concrete gebeurtenissen.
MacGregor Mathers geeft bijvoorbeeld de volgende betekenis van Bokalen aas: "Feesten, een banket, goede stemming", ook geeft hij een betekenis voor als de kaart omgekeerd op tafel komt. Tegenwoordig zouden wij de nadruk leggen op het begin van een ontwikkeling (aas) op emotioneel gebied (bokalen), en of dat nou een feestje aankondigt interesseert ons minder, en wij zouden ons bijvoorbeeld kunnen gaan afvragen hoe je zo goed mogelijk kunt omgaan met die ontwikkeling.
Tegenwoordig kent men er vaak geen speciale betekenis meer aan toe als een kaart omgekeerd op tafel komt.
Heel bijzonder (maar volgens mij niet erg praktisch) is een legwijze die men gebruikte waarin geen sprake was van een vastliggend patroon, de kaarten bepaalden elk voor zich waar de volgende kaart lag die geduid moest worden. Ik vermeld het alleen om een globale indruk te geven, niet om in detail alles uit te leggen.
In heel erg grote lijnen kwam het er op neer dat een significator werd bepaald, in principe een hofkaart die de vrager voorstelde. De significator werd in het deck gelaten en de kaarten werden geschud.
De kaarten werden dan in 4 pakjes verdeeld, en er werd gekeken in welk pakje de significator lag.
De overige pakjes werden terzijde gelegd.
Vanuit de significator begon men volgens een aantal spelregels te tellen, de kaart waarop men dan uitkwam werd geduid, en de getalswaarde van een kaart bepaalde hoeveel kaarten verder je moest kijken voor de volgende kaart. Die getalswaarde kon het getal zijn van een kaart (bijvoorbeeld staven 4), maar ook konden astrologische correspondenties een rol spelen.
Deze fase van de legging was afgelopen als men bij het zoeken naar de volgende kaart weer uitkwam op de significator. Daarna ging men verder met 4 andere fasen waarin diverse patronen werden gehanteerd. Een volledige legging zou ongeveer een dag werk vergen.
Voor wie het precies wil weten: een volledige beschrijving staat in Regardie's boek: "The Complete Golden Dawn System of Magic".
Ik vermeld dit voor de volledigheid, en ook omdat het in de Golden Dawn en in latere loten van de Golden Dawn-stam veel gebruikt schijnt te zijn. Een engelse tarotist die ik hier eens over sprak noemde deze methode dan ook: "The Old Days' Method".
Behalve veel magisch werk waren er in de Golden Dawn ook veel conflicten. S.L. MacGregor Mathers was een zeer dominante persoonlijkheid en dat werd niet door alle GD-leden geaccepteerd.
Het begon er mee dat Mathers alleenheerser werd, door het overlijden van Woodman en het vertrek van Westcott. Hij benoemde ook geen nieuwe medeheersers naast zich.
Het gedrag van Mathers scheen steeds autocratischer en excentrieker te worden. Mathers beschuldigde, vanuit Parijs, Westcott er van de manuscripten waarmee alles was begonnen te hebben vervalst en meende dat Westcott tegen hem aan het samenzweren was.
De leden van de Golden Dawn begonnen zich steeds meer te verzetten tegen Mathers.
In 1899 liep de spanning verder op toen men in London de inwijding tot Adeptus Minor weigerde aan Aleister Crowley. Crowley deed zijn beklag bij MacGregor Mathers (met wie hij een goede verstandhouding schijnt te hebben gehad) en deze gaf hem de gevraagde inwijding, die vervolgens in London niet werd erkend.
De Londense loge wilde ook het gezag van MacGregor Mathers niet meer erkennen, waarop deze laatste Crowley stuurde om orde op zaken te stellen. Crowley schijnt de Londense tempel bezet te hebben totdat de politie hem er weer uit haalde.
Helemaal goed is het nooit meer gekomen, de Golden Dawn begon uiteen te vallen in groepen die elk kortere of langere tijd bleven bestaan. Een echt einde van de Golden Dawn is dan ook moeilijk aan te geven.
Het blijft je bezighouden wat je eigenlijk moet denken van dit soort kleinzielige ruzies. Genialiteit is in elk geval geen garantie voor menselijke grootheid, en ik denk dat iets dergelijks ook geldt voor hen die heel "ver" zijn gekomen in hun magische ontwikkeling, ook al wordt vaak gedacht dat het anders is.
Waite (1857-1942)Waite is een naam die iedere tarot-liefhebber zal kennen, zijn naam is verbonden aan de bekendste tarot die momenteel in omloop is (de Rider-Waite tarot).
Waite was een prominent lid van de Golden Dawn. Hij was zeer belezen en schreef over kabbalah, tarot, vrijmetselarij en ook veel over alchemie. Hij lijkt wel een wat ingewikkelde verhouding met de Golden Dawn te hebben gehad. Zo heeft hij zijn lidmaatschap op een gegeven moment opgezegd, maar keerde later toch weer terug. Hij zocht een wat meer christelijke richting binnen het occultisme, hij stichtte een eigen tempel, waar Pamela-Colman Smith ook lid van was. Zij zou ook de beroemde tekeningen van de Rider-Waite tarot verzorgen.
Vernieuwingen.Een bekende vernieuwing van Waite is wel de verwisseling van de grote arcana kaarten 8 en 11. Traditioneel is kaart 8 Gerechtigheid en kaart 11 Kracht. Waite draaide dit om. Waarom hij dat deed is niet duidelijk, sommigen denken dat er een numerologische reden is, anderen zoeken het in de astrologie, mischien speelt de kabbalah ook een rol. Waite zelf is er absoluut niet duidelijk over.
Waite had zijn eigen ideeën over het verband tussen tarot en kabbalah. Hij schrijft dat hij het gevoel heeft dat de tarot "kabbalistic connections" heeft. Maar hij gaat er ook van uit dat bijna niemand weet wat die connecties precies zijn en dat de connecties niet terug te vinden zijn in gepubliceerde tarots (net zomin als in het ganzebordspel, schrijft Waite).
Een expliciete koppeling heeft Waite dan ook niet in zijn kaarten zichtbaar gemaakt, er staan bijvoorbeeld geen hebreeuwse letters op de grote arcana kaarten (zoals bij Crowley).
Bijzonder aan de Waite tarot is wel dat de kaarten van de kleine arcana ieder voorzien werden van een uniek tafereel. Het is niet zo dat dat nog nooit eerder is gedaan, de Sola-Busca tarot is een voorbeeld van een oude tarot waarin de kleine arcana ook van taferelen zijn voorzien, maar in de tijd van Waite was het zeker niet gebruikelijk.
Een andere vernieuwing is wat minder opgevallen: de invoering van de pentakels. In oudere tarots kwamen schijven of munten voor. Het lijkt er op dat Waite met het magische symbool van het pentagram de occulte kant van de tarot wat wilde benadrukken.
Crowley (1875-1947)Aleister Crowley (spreek uit: Crowley, in plaats van Crawley zoals zo vaak gebeurt) was iemand die graag shockeerde, het heeft hem een bijzonder slechte reputatie opgeleverd waar hij vast bijzonder van heeft genoten.
Zijn recalcitrante houding is wellicht ontstaan in zijn jeugd, zijn ouders waren aanhangers van een bekrompen soort christendom en dit veroorzaakte bij de jonge Aleister een grote afkeer.
Het christendom betekende voor Crowley: hypocrisie, en daar ging hij stevig tegen tekeer. Crowley had ook niet het temperament om zich rustig te houden. Als hij iets ontmoette wat bij hem afkeer opwekte verstond hij de kunst dat op een shockerende manier te laten blijken. Arthur Waite was overigens ook onderwerp van Crowley's afkeer, hij noemde Waite ook wel "Dead Weight".
Op zichzelf moet hij een boeiende persoonlijkheid zijn geweest met een ongelooflijk veelzijdige belangstelling. Zo deed hij in 1902 mee aan een, overigens mislukte, poging de K2 te beklimmen.
In die tijd was hij al volop bezig met magie, zoals blijkt uit zijn rol in de conflicten in de Golden Dawn.
Na zijn lidmaatschap van de Golden Dawn bleef Crowley tot zijn dood uiterst actief in de magie. Hij gaf leiding aan diverse magische organisaties zoals de Ordo Templi Orientis en Astrum Argentum.
In 1944 verscheen zijn "Thoth Tarot Deck". De tekeningen waren in 1943 gemaakt door Lady Frieda Harris, in Crowley's orde Astrum Argentum bekend als "zuster Tzaba".
Het zou één van zijn laatste giften aan de mensheid zijn, in 1947 stierf hij.
In zijn tarot werkte Crowley diverse correspondenties uit. Over de oorsprong van de belangrijkste correspondenties was Crowley heel duidelijk: Eliphas Levi en de Golden Dawn. Het gedachtegoed van de Golden Dawn is opvallend aanwezig in Crowley's tarot.
Op veel kleine arcana kaarten ziet men een planeet en een dierenriemteken afgebeeld. Dit heeft te maken met de zogenaamde babylonische decanaten. Een decanaat is een deel van de dierenriem met een lengte van 10 booggraden. Ieder decanaat correspondeerde, in het systeem van de Golden Dawn, met 1 bepaalde planeet in 1 teken. Dit systeem heeft Crowley ook toegepast.
Ook voorzag Crowley de grote arcana kaarten van een hebreeuwse letter ten behoeve van de kabbalistische correspondenties.
Crowley zag het Golden Dawn systeem als grotendeels juist, en elementen van dat systeem zijn ook terug te vinden in zijn kaarten.
Maar, ik denk dat Crowley in de ruim 40 jaar na zijn lidmaatschap een enorme ontwikkeling heeft doorgemaakt, die veel heeft toegevoegd aan wat hij in de Golden Dawn geleerd heeft. Ik geloof zeker dat dat heeft bijgedragen aan de grote diepgang van zijn tarotdeck.
Israel Regardie is iemand die in dit verband zeker ook genoemd moet worden, aan hem danken wij onze kennis van de Golden Dawn.
Door de conflicten, waarover ik hiervoor al vertelde, begon de Golden Dawn vanaf een zeker moment uiteen te vallen. Er waren nog wel loges die nog langere tijd bleven functioneren. Maar het gebeurde vaak dat als een loge ophield te bestaan, dat men de documenten vernietigde.
Regardie betreurde dat, hij was bang dat op deze manier kostbare kennis voor de mensheid verloren zou gaan. Hij nam een kloek besluit en publiceerde (alle?) geheime documenten van de Golden Dawn. In principe mocht dit niet, de documenten waren geheim, en het is hem dan ook bitter kwalijk genomen. Maar Regardie verdedigde zich door er op te wijzen dat de kennis die in de Golden Dawn was opgebouwd niet voor de mensheid verloren mocht gaan.
Opmerkelijk is dat Regardie ook vreesde voor een zeer grote natuurramp. Als er een dergelijke ramp zou plaatsvinden moesten de documenten van de Golden Dawn zo algemeen verspreid zijn over de aardbol dat ze in geen geval verloren konden gaan.
Dat standpunt is mogelijk wat bizar maar het illustreert wel hoe belangrijk Regardie het vond dat het systeem van de Golden Dawn bewaard bleef voor de mensheid.
En ik geloof, kennelijk met Regardie, dat het niet juist is om waardevolle kennis geheim te houden voor de mensheid.
De invloed van de GD duurt nog voort tot op de dag van vandaag. Er zijn veel bewegingen die op een of andere manier kunnen worden teruggevoerd op de GD. En ook veel tarot's die zijn verschenen zijn op de een of andere manier door de GD beinvloed.
BOTA.Paul Foster Case stichtte de BOTA (Builders of the Adytum). De BOTA is een organisatie die tot op heden bestaat (en ook een afdeling in Nederland heeft). Zij pretendeert de ware opvolger van de GD te zijn. Het zwaartepunt van de activiteiten ligt bij de tarot en de Kabbalah. Een bekend boek "The Tarot, A key to the Wisdom of the Ages" werd door haar oprichter Paul Foster Case geschreven.
De BOTA heeft ook een eigen tarot ontwikkeld, de grote arcana kaarten staan afgebeeld in het boek van Paul Foster Case wat ik zojuist noemde. De BOTA kaarten zijn niet ingekleurd, het is de bedoeling dat studenten van de BOTA dat zelf doen om zo contact te krijgen met de kaarten.
Dion Fortune was opgeleid binnen de Golden Dawn, maar raakte in conflict met het toenmalige hoofd van de orde Moina MacGregor Mathers, de weduwe van Samuel Liddell MacGregor Mathers.
Dion Fortune startte haar eigen organisatie, de Society of the Inner Light.
Dion Fortune schreef weinig of niets over de tarot. Een prominent lid van deze organisatie zou later de tarot sterk naar voren halen: Gareth Knight. Hij schreef enkele boeken over de tarot en hij publiceerde het Gareth Knight deck met tekeningen van de Dordrechtse artiest Sander Littel.
Ook is hij de schrijver van het standaardwerk "A Practical Guide to Kabbalistic Symbolism", waarin het verband tussen tarot en kabbalah gedetailleerd word uitgewerkt.
De SOL is opgericht door W.B. Butler. Butler was een student van de Society of the Inner Light. Butler is inmiddels overleden en de leiding van de organisatie berust nu bij Dolores Ashcroft-Nowicki. Zij schiep onder andere de Shakespearian Tarot. Ook schreef zij vele pathworkings rond zowel tarotkaarten als de kabbalistische levensboom.
De invloed die de Golden Dawn heeft gehad op de tarot zoals wij die nu kennen, is op 2 manieren terug te vinden.
Latere tarots namen symboliek over van de tarot van Waite, en in mindere mate ook van de tarot van Crowley en maakten hierbij (soms indirect) gebruik van gedachtengoed wat afkomstig is uit de Golden Dawn.
Bekijk maar een paar moderne decks, ik heb er zojuist nog eens een paar bekeken (Arthurian, Mythic, Ibis, Aquarian, Shakespearian). Er zijn tarots die weinig sporen meer van Waite tonen. Maar in veel decks vindt je nog de taferelen die duidelijk op Waite geinspireerd zijn. Soms door het hele deck heen, soms op een enkele kaart.
Latere bewegingen en schrijvers waren in hun denken over de tarot beinvloed door wat in de Golden Dawn tot stand is gebracht, op een heel directe manier geldt dat voor de bewegingen die als het ware afstammen van de Golden Dawn (BOTA, Society of the Inner Light, SOL etc.).
Als leden/leerlingen van deze bewegingen een tarot ontwerpen zullen zij het gedachtengoed waarmee zij vertrouwd zijn ook in hun tarot verwerken. En dat is eigenlijk ook wat Waite en Crowley gedaan hebben.
De titel van dit artikel is een vraag: is de Golden Dawn daadwerkelijk de wieg van de moderne tarot?
De tarot was er al voor de Golden Dawn, maar de invloed die de Golden Dawn heeft gehad is enorm geweest. In deze zin zou je kunnen spreken van een wieg van de moderne tarot.
Wel is het zo dat sinds de tijd van de Golden Dawn er veel is gebeurd. Ook het denken over de tarot ontwikkelt zich verder, en dat is prima, een wieg moet geen gevangenis zijn.
Ik geloof dat de tarot het product is van wat mensen er mee doen. Aangezien mensen bezig blijven met de tarot zal zij de Golden Dawn steeds verder ontgroeien, maar dat is normaal.
Crowley, A.: The Book of Thoth (Egyptian Tarot), New York 1974
Decker, Ronald; Depaulis, Thierry; Dummett, Michael: A Wicked Pack of Cards, The Origins of the Occult Tarot, New York 1996
Gilbert, R.A.: The Golden Dawn Companion, Wellingborough 1986
King, Francis; Sutherland, Isabel: The Rebirth of Magic, London 1982
Knight, Gareth: Magic and the Western Mind, St. Paul 1991
MacGregor Mathers, S.L.: The Tarot, York Beach, jaartal onbekend
Regardie, Israel: My Rosicrucian Adventure, Chicago 1936
Regardie, Israel: The Complete Golden Dawn System of Magic, Scottsdale 1990
Waite, Arthur Edward: The Holy Kabbalah, Secaucus 1975